Dennis
Terug thuis was prettig. De 1ste 24uur hemel op aarde. Relaxen, rust. Mariska en de kinderen deden rustig aan om me heen en gunde me tijd om weer te wennen aan het thuis zijn. Al na enkele dagen merkte ik dat ik me heel snel irriteerde aan de simpele dingen. Niks aan de hand, effe wennen.
Het hoofdstuk Defensie worstelde ieder moment van de dag door mijn hoofd. Ik moest defensie verlaten. Ik was incapabel om nog een keer voorwaarts te gaan met de kerels. Ik had voor een functie kunnen kiezen waarbij de kans op uitzending heel klein was maar dat was voor mij geen optie.
Thuis liep het contact tussen mij en de kinderen heel stroef. Ik kon de drukte, zelfs de aanwezigheid, niet handelen. Als ze ook maar iets van geluid maakte irriteerde ik me mateloos. Ik probeerde me af te sluiten voor ze maar dat had geen zin. Een kind dat aandacht wil, en verdient, zorgt dat het aandacht krijgt. Vaak leidde dat tot een botte reactie van mijn kant. Ik heb de teleurstelling in hun ogen zo vaak gezien als ze blij naar je toe komen om iets te vertellen en ik blafte ze af dat ik er geen zin in had. Die verdrietige blikken die ik kreeg kwamen iedere keer weer keihard binnen maar ik kreeg het tij niet gekeerd. Vroeger stoeide we veel, dagelijks. Nu was het geen optie meer. Ik merkte dat ik de grens kwijt was. Stoeien zou een slecht spelletje zijn.
Mariska merkte maar al te goed dat het niet klopte en zette alle zeilen bij om gezelligheid in huis te brengen. Als ik me terugtrok in de hoek van de bank probeerde ze er met de kinderen toch een feestje van te maken.
Mijn lontje werd steeds korter. Naar de kinderen, Mariska, een onbekende op straat die verkeerd keek en niet te vergeten die oma die in de supermarkt haar winkelwagentje midden in het pad liet staan. Over de medeweggebruikers zal ik helemaal maar niks zeggen...
Mariska bracht het een aantal keer ter sprake, het gaat niet goed. Komt wel schat, geef me even tijd. Ik kom er wel uit.
Op bepaald moment, na de zoveelste escalatie, gaf Mariska aan dat ze voor me door het vuur zou gaan maar niet ten kosten van de kinderen. Ik begreep heel goed wat dit inhield. Ze gaf aan dat er iets moest gebeuren. Lichamelijk was ik thuis, geestelijk zat ik nog in Afghanistan. Mariska wist het. Kom thuis Dennis. Ga praten met iemand en kom thuis.
We kregen thuis een enquête vanuit defensie over de uitzending. Een heel boekwerk en op de laatste bladzijde kon je aangeven of je behoefte had aan nazorg. Ik heb ja ingevuld. Mariska rende bijna naar de brievenbus om de enquête weer terug te sturen.
Enquête 2 en 3 volgde kort daarop. Wederom bij beide was de laatste bladzijde geweid aan nazorg. Heeft u behoefte aan nazorg? Ja. Bij enquête 3 heb ik ja in lettergrootte 72 geschreven. Ik ben bang dat het toch niet leesbaar was, nooit geen reactie ontvangen.
Terugkeer gesprekken? Nooit gehad.
Zelf dacht ik nog steeds dat het tijd nodig had. Echt schat, gaat wel over.
Zonder dat ik het zelf toe wilde geven had ik een probleem. Mariska deed ondertussen alles om nog enigszins het gezin draaiende te houden. Leuke moeder voor de kinderen, zorgzame vrouw voor die fossiel op de bank en vrolijk doen naar de buitenwereld. De sociale contacten vielen weg. Dat duurde niet lang. Men vind het geweldig als je net terug bent, mooi om foto's te kijken, ongelofelijk om je verhalen te horen maar vervelend als het voor de zoveelste keer is. Misschien was het verdriet binnen het gezin zichtbaar. Hoe dan ook er bleven weinig vrienden over.
We hebben veel geluk gehad met de buren. Mariska kon goed opschieten met de buurvrouw en ik met de buurman. De buurman was een man van weinig woorden, samen klussen, beetje slap ouwehoeren maar geen diepgaand gelul. Kon ik het beste hebben. We hebben veel aan ze gehad.
Mariska ging zonder dat ik het wist spitten in het doolhof die nazorg heet. Op een avond vertelde ze dat ze op onderzoek was geweest en schoof ze een telefoon nummer onder mijn neus. Deze instantie staat los van Defensie en wil je helpen. Alleen er is 1 probleem.
Je moet zelf bellen...